Toen mijn beertje nog gromde

’t Pallieterke 8 augustus 2012


Annie Tanghe: deze West-Vlaamse dichteres en prozaschrijfster behoort geenszins tot de –meestal zelfverklaarde- coryfeeën van de “moderne” Nederlandse en zeker de “Vlaamse” literatuur.
Toch verdient zij meer aandacht dan vaak zelfingenomen literatureluurders à la Lanoye en Hemmerechts. Vanuit een Vlaams, zelfs volksnationalistisch hart, publiceerde zij vier dichtbundels en drie autobiografische boeken, waarvan het jongste de voorbije lente. Dat boekje ligt naast mij op mijn schrijftafel. Het kreeg de gevoelige, kinderlijke titel: “Toen mijn beertje nog gromde”.
Het ligt voor de hand dat Annie Tanghe haar werken in eigen beheer uitgeeft- zoals vele flamingantische, nationalistische en Groot-Nederlandse schrijvers en poëten, met als voorbeeld de begin dit jaar dertig jaar gestorven Wies Moens. De Vlaamse en staats-Nederlandse uitgevers willen eeuwig “correct” blijven.
Zij blijven blind voor de veranderingen, zowel politiek als cultureel, die op til zijn. Tegen de 20ste-eeuwse cultuurverloedering met modernisme en postmodernisme ageert de jongste jaren een “identitaire” beweging, ten dele geïnspireerd door het ouders volksnationalisme in Wales, Cornwell, Schotland, Bretagne, Frans- of juister Zuid-Vlaanderen, Corsica, Zuid-Tirol.
Terwijl het boegbeeld van het volkse nationalisme in Vlaanderen de grote dichteres Aleidis Dierick (°1932) is en blijft, mogen we Annie Tanghe zeker niet veronachtzamen!. Zij klaagt eveneens de grove en onrechtvaardige behandeling van de repressieslachtoffers in 1944 en daaropvolgende jaren aan, met name van haar vader, en hoe angstig en met pijn zij dat beleefde, met name in haar bundeltje “Nooit gebroken Moed” (2007), voor onze lezers een zinsnede uit het “Gebed voor het vaderland” (Heer, laat het Prinsenvolk).
In “Toen mijn beertje nog gromde” belicht de schrijfster, zonder een blad voor de mond te nemen, de dikwijls overdreven strenge middelbare(nonnen)scholen van haar jeugd.
Het geheimzinnige waas dat in die scholen over geboorte en seksualiteit werd gehangen, pakt zij met de nodige kritiek aan. Met name in het hoofdstuk: “Moeder, vanwaar komen de kindjes?”. ‘In het Sint-Vincentiusinstituut in Torhout kregen wij voorlichting van zuster Beatirix met een encyclopedie erbij, maar ik durfde niet naar de afbeeldingen te kijken. “Ik schaamde mij, ik meen dat het in het zesde jaar was. Doch ik sprak er achteraf over met zuster Hilda, die begreep mij goed.
Ik herinner me nog dat ik haar toen toevertrouwde dat ik niet kon geloven dat mijn ouders zulke daden zouden hebben gesteld. In het Sint-Jozefsinstituut in Tielt kregen wij voorlichting aan de hand van dia’s. Wij waren toen twintig jaar oud. Ja, wij waren op gebied van seks helemaal mismeesterd. Gelukkig zijn de tijden veranderd.”


‘Toen mijn beertje nog gromde’ is uitverkocht en niet meer te verkrijgen


 terug
Design by To The Dot annie@annietanghe.be